Laat de leerlingen een lange, dunne en gelijkmatige ssss zingen, terwijl je er als leerkracht bij telt. Start met tien tellen, en bouw op naar twintig tellen. Zorg voor een ruime, ontspannen en lage ademhaling vooraf, en een rustige ademstroom. De leerkracht kan tegelijk met het tellen een stukje lopen, een afstand overbruggen, waaraan duidelijk te zien is hoe lang er nog moet worden de uitgeblazen.
De leerlingen kunnen tijdens de lange ssss nog andere opdrachten uitvoeren, zoals het langzaam ronddraaien van de schouders, arm- of hoofdbewegingen om een ontspannen houding te bevorderen. Voorkom dat de leerlingen de oefening met te veel spanning in hun lijf doen. Vergelijk het met het onder water zwemmen van een bepaalde afstand.
Terug