Inzingers - stem losmaken (1)

Omdat de stem bij het koorzingen intensief gebruikt wordt, is het belangrijk deze vooraf goed op te warmen. Zoals ook in de sport moet er wat worden gerekt en gestrekt, opgewarmd, soepel gemaakt. Bij de stem hebben we het dan over het opwarmen van het stemapparaat, zorgen voor een goede doorbloeding, de fijnafstemming van betrokken spieren, het zoeken naar optimale klankruimte voor de resonans, ontspanning enerzijds en voldoende steun en activiteit anderzijds. We kunnen de hoogte losmaken, de laagte verruimen. De meeste inzingers zullen modulerend gedaan worden, dus steeds een toon hoger of lager. Voor een modulatieondersteuning op de piano zie het notenvoorbeeld op deze pagina. Deze oefeningen hoeven bij leerlingen van de klassen vier en hoger niet per se in een beeld of een verhaal te passen. Er mag nu meer technisch geoefend worden, zaken mogen bij hun naam genoemd worden, er kan in zekere mate droog geoefend worden, net als bij de sporttraining.

Bij een uitgebreidere warming-up met ook oefeningen voor adem, houding, resonans en meer, kunnen de onderstaande inzingers het best aan het einde gedaan worden. De leerlingen beleven er veel plezier aan, het is bij het leren zingen het serieuze werk, en dat doen ze graag.

1 - Jamba, jamba, jamba

Dit is een lekker klankrijke inzinger, waarbij de J van jamba een fijn afzetpunt is. Wissel af tussen jamba en jaja. De oefening wordt per maat voor- en nagezongen.Inzingers 1
Zing de oefening legato, zodat de mm-klank met zijn resonans de andere klinkers en medeklinkers beïnvloedt. 

Lees verder

2 - Via-via-via

De klanken I en A liggen behoorlijk uit elkaar, in deze oefening proberen we ze elkaar te laten beïnvloeden. Dus wat lichtheid in de A, en wat open klank in de I. De V aan het begin van via brengt de toon voor in de mond. De oefening kan steeds een halve toon stijgen.
Inzingers 2
De fermates op de laatste drie noten mogen lekker uitgezongen worden, waarbij de hoge A heel klankrijk moet worden. Pas op voor een vette J tussen de I en de A. Trek de I niet te breed met de mond.

Lees verder

3 - Octaaf opvullen

Dit is een wat melancholieke oefening, die vierstemmig in canon kan en niet snel verveelt. De octaafsprong moet ruim genomen worden, met energie en zonder de keel dicht te knijpen. Daarna volgt de dalende mineurtoonladder, daar is het oppassen voor het zakken van de melodie. 
Inzingers 3
Zing de melodie (ook de octaafsprong) legato, met een goede steun. Er kan gevarieerd worden in klanken.

Lees verder

4 - Con amore

Een mooie donker gekleurde drieklankoefening, die goed legato gezongen moet worden:
Inzingers 4
Bij de fermate op de hoogste noot in de oefening wordt de toon wat langer aangehouden, en mag met een messa di voce gezongen worden, dat betekent een licht crescendo en daarna een decrescendo.

Lees verder

5 - Doewala

In deze inzingoefening zit een fijn metrum, waardoor de klanken er gemakkelijk uitrollen.
Inzingers 5
Luister of de tonen bij -wala hoog genoeg gezongen worden, of de opgaande melodie niet te krap genomen wordt. De melodie kan goed in canon gezongen worden, tweestemmig, maar ook vierstemmig, wanneer de slotnoot nog een maat langer aangehouden wordt.

Lees verder

6 - La - latila

Op het bord wordt de reeks la-ti-do-re-mi geschreven, verticaal met de la beneden en de mi boven. De tonen worden gezongen alsof iemand een trapje oploopt, en elke keer een trede verder durft, maar dan weer gauw naar beneden loopt. Boven aangekomen wordt mi wat langer gezongen.
Inzingers 6
Daarna begint de terugweg, nu van bovenaf steeds een trede lager en dan snel weer omhoog. Het is het spiegelbeeld van de heenweg. De oefening heeft de neiging om te zakken. Oefen daarop bij het eenstemmig instuderen.

Lees verder

7 - Eén - één-twee-één

Deze oefening is een variatie op oefening 7. Hij verschilt erin dat hier een majeurmelodie gezongen wordt, en dat de opbouw nu tot het octaaf doorgaat. Er is geen terugweg.
Inzingers 7
Schrijf op het bord de cijfers 1 t/m 8 boven elkaar, de 1 beneden, de 8 boven. Kies een tempo waarbij er goed kan worden geluisterd naar zuiverheid. Deze oefening loopt het risico muzikaal wat nonchalant uitgevoerd te worden vanwege het spelelement.

Lees verder

8 - Nuwie

Deze oefening helpt met het voor in de mond brengen van de klank. Zowel de U als de I worden geplaatst in de neus, en ook de medeklinkers N en W helpen daarbij. trek de I-klank niet te breed, houd U en I dicht bij elkaar. 
Inzingers 8
Zing alsof de klank in een klein slurfje voor de neus moet terechtkomen en blijven. Luister of de sprong naar de toon B hoog genoeg is. De oefening kan steeds een halve toon hoger herhaald worden. 

Lees verder

9 - Maandagochtend-sirenes

Geef je toevallig muziekles op maandagochtend rond 12.00 uur? Dan weet je dat er eens in de maand een moment in je les komt dat de sirenes hun test doen, en het jankende en steeds hoger klimmende geluid een serieuze stoorzender is. Maar wat de sirenes kunnen, kunnen de leerlingen ook! Zing met ze de glijdende toon, vanaf heel laag tot een een gemiddelde toonhoogte op een nasale toon uu. Blijf zo'n vier tellen op de toon, en maak dan een snel dalend glissando. Vervolgens start de toon weer laag op, en klimt naar een iets hogere eindtoon, die weer enkele tellen aangehouden wordt. Zo klinkt er zes of zeven keer een steeds dringender sirene.

Lees verder

10 - Zie-za-zo

Inzingers 10
Er wordt een dalende drieklank gezongen, met fermates op elke toon, en aan het eind een krachtig stijgend glissando met de uitroep Yes! Bij deze uitroep wordt door de leerlingen de vuist of de wijsvinger in de lucht gestoken. Maak de fermate op de derde toon wat langer, en geef de start van het glissando met een handbeweging aan, evenals het moment van de uitroep Yes!

Lees verder

11 - Hejo-hejo

Inzingers 11
In deze oefening met voorzang en nazang wordt door de voorzanger geïmproviseerd met enkele tonen, waarna de leerlingen nazingen. Doordat het onverwacht is wat voorgezongen wordt, moeten de nazangers alert zijn. De voorzanger kan het eenvoudig houden, of meer en meer uit zijn dak gaan met grootse en meeslepende uithalen. De tekst blijft hejo hejo. Er kan dus gespeeld worden met stemming, dynamiek, uitbundigheid, ingetogenheid, hoog en laag.

Lees verder

12 - Joehoe-hoe

Inzingers 12
Met deze oefening wordt de lichte kopstem losgemaakt en wordt het middenrif geactiveerd. De tweede toon wordt met een hupje gezongen, en er wordt geland op een lange grondtoon. Klim steeds een halve toon hoger, kinderen zullen vrij gemakkelijk tot G'' komen met deze oefening. Sommigen halen zelfs wel C'''. Wanneer het door de hoogte moeilijk wordt om zelf voor te zingen, kan je op de piano voorspelen.

Lees verder
X

Gebruik je mobiel in horizontale positie voor een optimale weergave.