1 - Ritme-echo

Ritme-echo-oefeningen worden doorgaans met klappen en stampen gedaan, maar zijn ook erg leuk en uitdagend met ritmestokjes. Er zijn allerlei variaties mogelijk: ritmes met de stokjes tegen elkaar tikkend, tikken op de bovenbenen (gelijktijdig, of rechts en links afwisselend), zachtjes tegen de borst, op verschillende materialen op de tafel.

Variatie 1: de leerlingen zitten in een kring, met een zekere afstand ertussen. De leerkracht speelt voor, en wisselt af met tikken op de stokjes, en tikken op het bovenbeen. De leerlingen echoën het tikken op de eigen stokjes, de tikken op het bovenbeen spelen zij echter op het stokje van de rechterbuurman/-vrouw. Daarbij moeten zij hun linkerstokje rechtop houden, zodat hun buurman daartegenaan kan tikken. 

Variatie 2: de oefening kan nog wat uitgebreid worden. Als de leerkracht voorspeelt op het rechterbeen, dan moeten de leerlingen dat ritme op het stokje van de rechterbuurman spelen, wordt er voorgespeeld op het linkerbeen, dan moet er bij de linkerbuurman nagespeeld worden. Let goed op, dat de juiste stokjes daarbij omhoog gehouden worden!

Variatie 3: nog een stapje verder? Dan doen we de oefening met de ogen dicht.... in plaats van het voortikken op rechter- en linkerbeen moeten er dan twee verschillende klanken bedacht worden, bijvoorbeeld: voortikken op de tafel betekent natikken bij de rechterbuurman, voortikken op een schrift betekent natikken bij de linkerbuurman. Dan is hoorbaar (in plaats van zichtbaar) aan welke kant er nagetikt moet worden. Deze oefening vraagt veel concentratie op enerzijds het luisteren, anderzijds de motoriek: raak slaan bij de buurman.