5 - Notenwaarden

Dit is een wat lastiger oefening, geschikt voor klas vijf en zes. Er klinkt een ostinate puls, op een trommel of met een regelmatig stuiterende voetbal. Op het bord staat de volgende ritmereeks: Ritme 5
Er vindt dus een versnelling plaats die strak geënt is op de puls. Luister bij het eerste oefenen goed waar het ritme nog niet helemaal strak is: is de triool regelmatig, wordt er versneld bij de sextool, hoe tel je die kwintool eigenlijk uit? (antwoord: denk aan de naam van componist Luigi Dallapiccola, dat helpt enorm...).

Als het ritme eenstemmig strak staat kan ermee gespeeld worden, bijvoorbeeld de klas in twee groepen verdelen, waarbij de beide groepen afwisselend een puls voor hun rekening nemen: groep 1 doet de kwartnoot, groep 2 de twee achtsten, groep 1 de triool, et cetera. Er kan met de ogen dicht geklapt worden, zodat er beter wordt geluisterd. Het ritme kan twee- of driestemmig in canon gedaan worden, of door een rijtje leerlingen voor de klas uitgevoerd worden. De oefening is uitdagend, vraagt een grote exactheid in uitvoeren.

Terug
X

Gebruik je mobiel in horizontale positie voor een optimale weergave.